Single koopt appartement

Nogal wat singles kopen op een dag een appartement. Want als je niet op de eerste rij stond toen talenten als handigheid en technisch inzicht werden uitgedeeld, is een renovatie vaak geen optie. Dus besluit je op een dag dat een appartement misschien wel iets voor jou is. En als je dan toch voor het gemak gaat, koop je nog het liefst een nieuwbouw. Geen stof, geen kapotte rug, geen zorgen, je ziet het helemaal zitten.

Maar wat je als kooplustige single vaak niet beseft, is dat je bouwpromotor een andere taal spreekt. Dus komt het erop aan die taal te begrijpen. Als ervaringsdeskundige met tal van vrienden-appartementsbewoners vertaal ik een aantal typische uitspraken van bouwpromotoren dan ook graag voor jullie.

Klein lexicon van het bouwpromotoriaans

Uw bouwpromotor zegt: Wij hebben bijzondere aandacht besteed aan geluidsisolatie.

U verstaat: U zal de orgasmes van uw buren horen alsof u er zelf bij was (zo beleeft u ook nog eens wat als single...).


Uw bouwpromotor zegt: wij gebruikten degelijke materialen van Duitse makelij.

U verstaat: Wij kochten wat in promotie stond bij Aldi en Lidl.


Uw bouwpromotor zegt: U bent de enige die dat probleem heeft. Ik weet niet hoe het komt en kan het dus niet oplossen.

U verstaat: Al de mensen die een appartement kochten bij mij hebben dit probleem. Maar het oplossen kost mij tijd en geld. Ik heb wel wat anders te doen. Hou toch eens op met zagen!


Uw bouwpromotor zegt: De gemeenschappelijke kosten zullen om en bij de 50 euro per maand bedragen.

U verstaat: De gemeenschappelijke kosten zullen meer dan 100 euro per maand bedragen in het begin en nog stijgen naarmate het gebouw ouder wordt.


Zo, beste lezers, met dit vertaalwoordenboekje bij de hand bent u klaar voor de aankoop van uw appartement. Laat het u niet ontmoedigen, want ook huizen hebben zo hun nadelen en leven in een appartement kan best leuk zijn.

Met een beetje geluk heb je net als ik sympathieke buren die je laten meegenieten van hun kookkunsten, wel eens een meubelstuk voor je in elkaar steken, je planten gieten tijdens je verlof, de volumeknop prompt lager draaien op eenvoudig verzoek, ... En dan hebben we het nog niet gehad over de boeiende microcosmos van 'the block' en over de buren van wie je op een dag beseft dat het vrienden zijn geworden bij wie je steeds terecht kan, of je nu de vrolijke Frans van de dag bent dan wel een eendags-treurwilg.

Superdeluxe auto

Single zijn, soms vind ik dat een beetje te duur. Tenslotte leef je alleen en kan je geen kosten delen. Van de afbetaling van je huis tot de energiefactuur: ’t moet allemaal van dat ene loontje komen.

In zekere zin kan ik er wel in komen: zo heel duurzaam is zo’n single leventje niet. In plaats dat twee volwassenen en vijf kinderen profiteren van de warmte van de huiskamer, zitten we ’s avonds op ons ééntje naar de televisie te koekeloeren. Tenzij we lekker samen in de kroeg zitten natuurlijk – maar da’s ook niet alle dagen vol te houden.

Soit, financieel lukt het al met al wel. Maar toen ik enkele jaren geleden een auto aanschafte, begon het op het einde van de maand wel te nijpen. Ik dacht toen dat ik dat echt nodig had, zo’n auto, want ik moest verbouwen, en dus veel naar ’t containerpark rijden en naar woonbeurzen gaan kijken.

Mijn keuze viel op een knalgeel bestelwagentje.

Dat mormel werd al gauw een nachtmerrie voor mijn portemonnee en een aanslag op mijn gemoedsrust. Ik kan mij voorstellen dat mensen die gezegend zijn met wat praktijkkennis over mechaniek om kunnen gaan met een tien jaar oud wrak. Ik ontbeer die kennis volkomen. En ik denk dat ze dat in de garage van mijn gezicht konden aflezen, met alle gevolgen vandien.

In ’t putje van de zomer ging de chauffage van mijn auto kapot. ’t Was bloedheet maar ik kon ‘m niet meer afzetten. Ik wou absoluut met die gele bak op verlof gaan, maar zag het niet zitten om een halve dag in zo’n sauna te sturen. Mijn vakantiegeld ging op aan ’t herstel van die chauffage en nog een reeks andere mankementen. En toen ik terug kwam van vakantie heeft hij er helemaal de brui aan gegeven. Eén jaar had ik ermee gereden. ’t Is te zeggen: vooral heen en weer naar ’t containerpark, een aantal keer naar de garage en één keer naar Lac du Der, in Noord-Frankrijk.

Je begrijpt, autobezit, ik had er meer dan genoeg van.

Vandaag ben ik lid van Degage: DE Gedeelde Autovloot van GEnt. Ik gebruik de auto van andere Gentenaars die een auto hebben maar autobezit ook te duur vinden en hem daarom delen met anderen. En meestal veel meer kennen van autotechniek dan ik. Per kilometer betaal ik een beetje mee aan dat autobezit, de verzekering, de onderhoudskosten en weet-ik-veel-welke-kosten-nog-allemaal. Superdeluxe vind ik dat, autodelen! Goedkoop, geen last meer met macho-garagisten en veel nieuwe mensen leren kennen. Als single is dat lekker meegenomen!

Prins gevonden!


Ik heb mijn prins gevonden. Ze brachten hem met de post vanmorgen. Zo simpel kan het zijn.

Bedankt aan de leuke-kaartjesvriendin die er flink wat tijd ingestoken heeft om hem zo rijkelijk met glinstertjes te bekleven. Dezelfde single vriendin trouwens die mij vorig jaar dit kaartje toestuurde.

Waar zitten de bloggende singles?

Af en toe surf ik eens door blogland. Ik hop dan van de ene blog naar de andere en ontdek zo wel eens een blog waar ik graag terugkom. Wat mij opvalt, is dat ik zo veel foto's van kindjes te zien krijg. De mama's (en in mindere mate de papa's), hun gezin, recepten en naaiwerkjes zijn duidelijk goed vertegenwoordigd in de blogwereld.

Blogs van singles kom ik veel minder tegen, al valt het natuurlijk vaak niet aan een blog te zien dat hij door een single geschreven is. Want als single ben je gelukkig meer dan alleen maar single.

Toch dragen wij bij 'Op ons eentje' de single-blogs natuurlijk een warm hart toe.

Ken je nog single-blogs, zet dan zeker een link naar deze blogs in je reactie op deze post. Onder het motto 'Singles aller landen, verenigt u' zullen wij ze dan graag in onze blogrol opnemen (en zij ons hopelijk in de hunne).

Ev alma, komşu al

Verbouwen is niet niks. Zeker voor een single-meid die voorheen nog nooit een gat in de muur had geboord. Toch kwam de dag dat het verbouwvirus heel hard toesloeg. Jarenlang had ik het idee om mijn huis te verbouwen ronduit verafschuwd, maar plots kon ik er niet meer omheen. ‘t Verlangen naar een eigen stek werd te groot, en voor ik het goed en wel besefte zat ik in ‘t vuil en ‘t stof en diep in de schulden.

Nu die periode voorbij is, snap ik niet meer wat mij toen bezield heeft. Er zijn foto’s van mijzelf in een ruimte met stoffige muren die nog lang niet bepleisterd waren, in een keuken zonder kraan noch afvoer of in een slaapkamer waar ik met de ladder naartoe moest. Waar ik op een ongelukkig moment van afgedonderd ben. Bah.

Er zijn ook massa’s toffe herinneringen aan die periode. Zoals die ene keer. Ik had al in vier kamers een stuk schoorsteen afgebroken, en zag een vijfde echt niet meer zitten. M’n armen kapot, m’n longen vol kleverig zwart stof en m’n humeur op het allerlaagste pitje. En dan zag ik W. voor het raam. De buurman. Met koevoet, hamer en beitel in de hand. Dat ‘m efkes dat stuk schoorsteen eraf zou komen gooien. Op een paar uur was de klus geklaard. Ik zou er minstens een hele dag voor nodig hebben. Ik content. En hij ook wel content.

Lang geleden heb ik ooit een jaartje Turkse les gevolgd. Moeilijke taal. Nu, meer dan tien jaar later, weet ik wel nog hoe je tot drie moet tellen in het Turks. Verder ken ik nog één zinnetje en zelfs nog één uitdrukking: “Ev alma, komşu al”. Dit betekent zoiets als “Koop geen huis, maar kies je buur”.

Ik heb toch wel lekker een huis in de tofste buurt van Gent!

Esmeralda

De wijdsheid van datingsites


In zekere zin is het makkelijk om gelijkgestemden te vinden in het dagelijks leven. Nu ja, ik geef toe dat dat niet letterlijk waar is natuurlijk... Er zouden een pak minder singles zijn indien het zo makkelijk zou zijn. Maar laat ik bovenstaande uitspraak (die dus uiteraard relatief is) even aanhouden, for the sake of argument...
Je komt immers in het echte leven doorgaans in redelijk beperkte kringen waar de mensen al iets met je delen. Je hebt hetzelfde werk (en dus mogelijks eenzelfde of een gelijkaardige opleiding, en ook interesse) gemeen, of je hebt dezelfde vrienden, of je hebt dezelfde hobby. Binnen elk van die kringetjes is er (gelukkig) ook verscheidenheid, maar je bent (doorgaans) van één ding zeker : je hebt met al die mensen minstens 1 ding gemeen. Dat heeft voor- én nadelen : dingen gemeen hebben maakt praten makkelijker en de kans is ook groter dat het kan "klikken" met de ander, maar anderzijds blijf je natuurlijk in een beperkt kringetje draaien...
Datingsites zijn allesbehalve "kleine kringetjes" : geen idee hoeveel mensen er op zo'n datingsite zitten, maar het zijn er in ieder geval héél véél. Ze komen van overal, en ze zijn er in diverse maten, gewichten, soorten,... Het enige wat je met hen gemeen hebt, is dat ze (meestal toch) single zijn én al zeker dat ze ook "iemand" zoeken (misschien wel jou!).

Dus hoe selecteer uit je uit dat grote aanbod, als je verder niks weet over die mensen ? Profielfoto's blijken een belangrijke eerste indicator te zijn, en wellicht spelen ook leeftijd en woonplaats een heel belangrijke rol om een eerste selectie te maken. En op basis van die criteria is de kans nog steeds behoorlijk groot dat je niet zoveel gemeen blijkt te hebben met die ander, natuurlijk (al bestaat dat risico enerzijds ook in het echt, en al is het zo dat we met veel mensen wel -als we maar lang genoeg zoeken- iéts gemeen blijken te hebben).
En dus is het aanbod van zo'n datingsite, in al zijn wijdsheid, soms een behoorlijk onoverzichtelijke jungle, of een hooiberg waarin je die speld gaat zoeken die jouw partner kan worden. Misschien verklaart dat wel waarom je er mag van uitgaan dat je een beetje moet zoeken en moet "uitproberen" vooraleer je op zo'n datingsite de wàre (of iemand die in de buurt komt) vindt. Tenzij je natuurlijk heel veel geluk hebt...


Hoe zoek jij je weg in het aanbod van datingsites ? Of houdt die wijdsheid, dat grote aanbod je net tegen ?

Braaf en proper op zijn eigen

Een tijdje geleden kwam mijn moeder een oude klasgenote tegen. Binnen de 5 minuten hadden ze het over de kinderen. Tja, zo gaat dat met moeders.
Zeg, hebt gij toevallig een dochter die nog alleen is?’, vroeg de klasgenote.
Ja, ons Lies
Ik heb er ook nog enen die nog alleen is’, zuchtte de klasgenote. ‘Nochtans een brave jongen. En proper op zijn eigen.
Goed wetende hoe haar kinderen denken over moederlijke koppelpogingen bracht mijn mama snel het gesprek op een ander onderwerp.

Maar een paar maanden later botste ze opnieuw de klasgenote tegen het lijf en die kwam prompt terug over de single-dochter-zoon-kwestie. ‘Hebt ge geen foto van uw dochter?’, vroeg ze. Nu heeft mijn moeder mij en de rest haar kinderen en kleinkinderen mooi op maat van haar portefeuille geknipt zodat ze op tijd en stond kan uitpakken met haar nageslacht. ‘Een schoon meiske’, zei de klasgenote. Ja, ze kon toch moeilijk zeggen ‘Wat een mottig wicht’ met mijn van liefde overlopende mama in de buurt?
Zit ze op Facebook?’, vroeg mijn bijdetijdse would-be-schoonmoeder. Mijn moeder hoorde het donderen in Keulen, want het is van mijn studententijd geleden dat er nog een computer in huis was. Maar plots herinnerde ze zich dat ik ooit wel al eens iets had verteld over familieleden waarvan ik foto's op Facebook had gezien. ‘Ja, ik denk van wel’, antwoordde mijn moeder. Prompt noteerde de would-be-schoonmoeder zorgvuldig mijn naam.

En daar, beste lezers, eindigt het verhaal van deze jammerlijk mislukte koppelpoging. Ofwel is die brave jongen zo braaf dat hij het niet aandurft contact op te nemen met mij. Ofwel is hij toch niet zo braaf en heeft hij eens goed gelachen met de koppeldrang van zijn moeder. Ofwel vond hij mij toch maar een mottig wicht? Wie zal het zeggen?

Zelf heb ik zelf nooit bewust mensen gekoppeld. Toch zijn er al meerdere koppels die zonder mij als tussenschakel elkaar nooit gekend zouden hebben. En er is meer: al die koppels zijn nog altijd samen. Ik ben dus zowaar een geluksbrengende tussenschakel en da's toch wel veel meer dan zomaar een banale tussenschakel. Vandaar dat het ondertussen een traditie is geworden dat men mij hiervoor trakteert op een dikke dame blanche. Want dat verdien ik, vindt u ook niet?

Verdriet verwerken

Het gaat niet goed met mijn vader. Hij ligt al maanden op de intensieve en de prognose is ronduit slecht. Door een ongeluk is hij volledig verlamd geraakt en het ziet er niet naar uit dat er nog veel herstel mogelijk is. Het tragische van heel deze situatie is dat mijn vader zich wel degelijk bewust is van zijn toestand. En we hebben een sterk vermoeden dat hij zo niet verder wil leven. “Mar Adentro”, maar dan in real life...

Dit brengt natuurlijk veel verdriet met zich mee, en veel kopzorgen. Je staat ermee op en je gaat ermee slapen. Alle andere “problemen” worden opeens zéér relatief. Als single (zonder kinderen) is het niet gemakkelijk om dit verdriet op je eentje te verwerken. Er is natuurlijk wel familie waar ik bij terecht kan, en mijn collega's en vrienden zijn ook zeer begripvol, maar dat is toch iets anders dan het hebben van een liefdevolle partner die je eens goed kunt vastpakken of waar je eens flink bij kunt uithuilen. Iemand die er voor je is als je het moeilijk hebt. Ik heb gelukkig wel een aantal hobby's waarin ik mij kan uitleven, en het luisteren naar muziek of het maken van een stevige wandeling helpt ook om de gedachten (al is het maar even) te verzetten.

Ik weet niet of het hebben van kinderen als single dit soort situaties moeilijker maakt of niet. Ik denk wel dat kinderen als een soort afleiding kunnen zorgen. Uiteindelijk hebben ze toch ook veel aandacht nodig. Misschien dat ouders geneigd zijn om zich sterker te tonen dan ze zich voelen in de aanwezigheid van hun kinderen. Wat eigenlijk ook niet goed is, want die opgekropte emoties moeten ergens naartoe.

Misschien moet ik eens een huisdier nemen. Zo'n lieve poes die zich elke avond bij me komt nestelen in de zetel. Ik weet het, zo'n beest begrijpt natuurlijk niet wat je ertegen zegt, maar de
muren ook niet...

Papa, ik ga je missen.

M

De afwas en co

Kaboutertjes komen hier niet vaak langs, en een vaatwasmachine heb ik niet. En dus doe ik dagelijks mijn (beperkte) afwas helemaal in mijn eentje. Soms helpen mijn kinderen, da's waar, en soms is er bezoek dat een handje toesteekt. Maar meestal doe ik de afwas dus alleen...

Lakens opplooien is handiger als je het met twee kan doen, maar tja, als single kan je of wachten tot er eens iemand binnenspringt waaraan je zoiets ongegeneerd kan vragen, of je doet het alleen...
Opruimen moet af en toe ook eens gebeuren, en in de wirwar en chaos die ik soms veroorzaak, weet ik weliswaar mijn weg wel te vinden, maar soms (zoals VDB, the original VDB that is..., placht te zeggen) trop is teveel. Neuzen in mijn (onopgeruimde) spullen is niet echt iets wat ik leuk vind, dus ik verkies het opruimen alleen te doen...

Ik kan nog wel een tijdje doorgaan met dingen die je in huis met twee kan doen als je een partner hebt, maar die je als single doorgaans alleen doet. En dan ontwikkel je daarvoor ook meestal je eigen systeem.
Niet zelden is dat een systeem waarvan jij alleen de (ongeschreven) regels kent, waarvan de logica heel persoonlijk blijkt te zijn en waarin je totaal je eigen persoonlijkheid kwijt kan. Elke single heeft zo zijn eigen systeem, en het is de allerindividueelste uitdrukking van een allerindividueelst leven (ja, ik weet het : de echo's van Kloos zijn niet veraf...).
Het is gek om zien hoe je, als er een behulpzame single op bezoek is, of wanneer je een relatie begint, vaak in botsing komt met die allerindividueelste uitdrukkingen van allerindividueelste levens. Gek hoe oncompatibel die systemen lijken te zijn, alsof iedereen op een eigen besturingssysteem draait. Gek hoe je soms toch nog liever hebt om die kleine dingen alleen te doen, en niet geholpen te worden...

Want helpen mag, maar dan wel op mijn manier !

Wie wil er trouwen met mijn zoon?

Singles zijn dankbare stof voor televisieprogramma's. 'Boer zoekt vrouw', 'Phaedra, Wendy, Pieter zoekt een man/vrouw', ...: pogingen tot koppelen zorgen telkens opnieuw voor torenhoge kijkcijfers.

Vorige vrijdag stootte ik toevallig op een nieuw format. Het heet 'Qui veut épouser mon fils?' en is te zien op TF1. Maar het zou me niet verwonderen als we binnenkort ook een Vlaamse versie op de buis zouden krijgen.

De mannen waarrond dit programma draait, zijn allemaal singles die nog bij hun moeder wonen. De jongste is midden de twintig, de oudste net geen 40. Zij ontmoeten een hoop jongedames die beantwoorden aan de criteria die ze vooraf opgegeven hebben. Op het einde van de reeks moeten ze kiezen tussen 'bij moeder blijven' of 'met een van de jongedames een toekomst opbouwen'.

Tijdens de reeks mogen de moeders ook hun zegje doen over de kandidates en dan leidt meer dan eens tot conflicten tussen moeders en zonen, uiteraard tot groot jolijt van de programmamakers en kijkers.

De eerste aflevering bevestigde al de heersende clichés over mannen die nog thuis wonen. Een eerste kandidaat bracht godganse dagen door achter zijn computer. Hij was duidelijk nog nooit eerder in aanraking was gekomen met een schuurspons of een aardappelmesje en ik vermoed ook niet dat hij buiten zijn moeder veel vrouwen kende. Een andere kandidaat was dan weer een arrogante snob die zijn moeder afsnauwde ('Poets mijn schoenen en graag wat beter dan de vorige keer!') en niet voor minder dan de perfecte schoonheid wou gaan.
Toch dragen de moeders hun zonen stuk voor stuk op handen. Onder het moto 'Mijn kind, schoon kind' is enkel het mooiste en het liefste meisje goed genoeg voor hun zoon. Voor de zwakke punten van hun zoon zijn ze stekeblind. Voor zoontjelief is geen moeite ze te veel.

Dat een dergelijk programma de buis haalt, heeft niet alleen te maken met het succes van reality-tv, maar ook met een maatschappelijk fenomeen dat men in Frankrijk 'le phénomène Tanguy' noemt, naar de komedie en kaskraker 'Tanguy' waarin ouders wel bijzonder ver moeten gaan om hun zoon Tanguy uit huis te krijgen. Er zijn ook in Frankrijk blijkbaar steeds meer mannen die lang thuis blijven wonen en op een zeker moment vinden de ouders toch dat het welletjes is geweest. Maar mannen die nog thuis wonen, liggen bij vrouwen niet zo goed in de markt. Misschien is het net daarom dat televisieprogramma's zoals deze blijkbaar geen gebrek aan kandidaten hebben. Want, zeg nu zelf, om je zoektocht naar een partner op de tv te gaan voeren en tot volksvermaak te dienen, moet je daarvoor niet de wanhoop nabij zijn?