Met jongens slapen.

maandag 23 april 2012 Zenia 7 Opmerkingen

Vier meiden bij elkaar, elk van een andere nationaliteit. We plannen een reisje. Onze voertaal wisselt van Spaans naar Engels, terug naar Spaans. M. vraagt me of ik met ‘de jongens’ wil slapen. Ik begrijp zonder woorden dat ze de twee jongens bedoelt die ook mee op reis gaan. “Nee,” lach ik. “Jij?” Het is een retorische vraag die betekent: “Wat vraag je me nu?” Ze lijkt teleurgesteld. “Oké, dan zal ik er wel bij slapen,” voegt ze er nog aan toe. Ik keer even op mijn schreden terug en revalueer de situatie. Ze hadden me al gezegd dat er twee kamers zouden zijn. Eén van vier voor ons en één van twee voor hen. Toch leek de overgang van het woordje ‘met’ naar ‘bij’ een belangrijke clue in dit verhaal. “Wacht eens even, M. Heb je het over de kamers op reis?” Ze kijkt me aan met een niet begrijpende blik: “Natuurlijk.” Ik lach: “Hemel, ik dacht dat je vroeg of ik met een van de jongens in bed zou willen duiken!”

Natuurlijk wilde ik een kamer met de jongens delen. Ik grap graag met hen, ze zijn beiden native speakers Engels, wat de conversatie altijd heel wat makkelijker maakt, en een kamer met hen betekende meer badkamertijd voor mij. Dat laatste bedoel ik maar half grappend, want eigenlijk vind ik het vooral vervelend als meisjes zich bij elkaar staan klaar te maken en ik me op de vingers gekeken voel over wat ik al dan niet in mijn dagelijkse routine integreer.

A. en A. mengen zich nu ook in de conversatie en danken me uitgebreid: “Wij hebben allemaal een vriend, zie je, dus wij mogen niet bij de jongens op de kamer slapen.” Ik keek naar M. “Ik zou het gewoon niet gezegd hebben dan.” Ik wenste bijna dat ze me gewoon als grap vroeg of ik het wel zou zien zitten om met een van de jongens te slapen. Ik was zestien en er bleef een jongen op mijn kamer slapen, als vriend. Dat mocht van mijn ouders, want ook zij wisten dat er niets zou gebeuren. En hier stond ik, als twintiger, drie leeftijdsgenoten aan te staren, die insinueerden dat het onmogelijk was ‘zomaar’ met een jongen een kamer te delen. Niet een, maar twee, elk in zijn eigen bed. Waar is het vertrouwen in hun relaties dan? Dat het iets cultureel was, wilde ik niet geloven. Italiaans, Oosterrijks of Slovaaks zou in dit verhaal niets uit mogen maken: In de eenentwintigste eeuw kunnen mannen en vrouwen op eenzelfde kamer slapen zonder dat er ‘dingen’ hoeven te gebeuren of dat op zijn minst ‘een probleem’ zou mogen zijn. Of denken jullie daar toch anders over?

7 opmerkingen:

  1. Een paar jaar terug deed het werk een snoepreisje naar Club Med in Turkije. Ik ben single, maar had geen zin alleen te gaan, dus ik had mijn beste vriend meegevraagd, die ik toen al jàren lang kende en mijn collega's ook. Tegen dat de reis doorging, was hij niet meer single, maar hij "mocht" toch mee van zijn vriendin. De hele reis flauwe grapjes, en dat ze die vriendin niet snapten, en ze geloofden/geloven echt niet dat er tussen ons niks gebeurde. Al gingen wij al jaren als vrienden samen op reis. Kan dus echt niet blijkbaar voor veel mensen. Wat veel zegt over het vertrouwen dat ze zelf hebben in hun partner en/of in zichzelf ...

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Toen ik een paar jaar geleden met een vriend op lang weekend ging, waren we aan de praat geraakt met een hotelgenoot. Ook die wou maar niet geloven dat er helemaal niets was tussen ons, behalve een simpele vriendschap. Hij dacht wellicht dat we mislukte stiekemerds waren, dat we maar deden "alsof" we niets hadden, en dat dat wel heel doorzichtig was. Of, erger nog, dat we domoren waren: de melk bij de kat en je laat dat zomaar passeren. Nou ja, we hebben er achteraf 's goed mee gelachen!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Waarom zou dat een probleem moeten zijn? In de (+16) jeugdbeweging waarin ik zat sliepen wij altijd gemengd als wij op kamp waren. Ik ben dat dus gewoon.

    Ik keek dan ook vreemd dat tijdens 1 van mijn Joker reizen een vrouw absoluut niet met mij samen wou slapen omdat ze een vriend had. Het staat namelijk duidelijk in de reisbrochures vermeld dat gemengd slapen kan voor komen. Oké, het was in een romantisch dubbel bed mét een hemel begot. Maar dat was echter breed genoeg zodat je niet echt dicht tegen elkaar moest kruipen.

    Een andere vrouw was echter vlug bereid om te ruilen met haar... En ik moet ook toegeven: van slapen is weinig in huis gekomen. We hebben namelijk heel de nacht liggen babbelen en lachen :-)

    Toen we de volgende morgen met wallen onder de ogen aan het ontbijt verschenen werd er nieuwsgierig geïnformeerd hoe dat kwam, maar wij hielden onze lippen stijf op elkaar ;-)

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Een kamer of zelfs een bed delen met een man, ik doe daar ook niet moeilijk over. Als er geen aantrekkingskracht is tussen de man en mij, dan dient dat bed gewoon om te slapen en dan maakt het mij niet uit of ik naast een man of een vrouw lig.
    Ik heb ook al eens een stand-in-partner meegenomen op weekend. Hoe dat verliep, viel al te lezen op deze blog: http://oponseentje.blogspot.com/2010/12/de-stand-in-partner.html

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Nog afgezien van het vertrouwen in de ander, vertrouwt iemand zichzelf? Misschien is het soms wel handig om met 'het mag niet van mijn vriend(in)' aan te komen zetten i.p.v. 'ik vind het niet fijn om naast je te liggen zonder dat ik je aan mag/kan raken, want ik vind je eigenlijk veel te leuk en zou met moeite van je kunnen afblijven'.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Het verhaal van Willie, Esmeralda en Rigel doet me ook nog aan een oudere herinnering denken: Enkele jaren geleden hadden mijn neef en ik ons samen voor een Jokerreis ingeschreven. Je wil niet weten hoe lang het duurde voor de hele groep door had dat wij géén koppel waren, maar neef en nicht en eigenlijk nog eerder gewoon vrienden. Het beste was misschien wel toen iemand me zei 'dat het misschien maar best was dat haar vriend niet wist dat wij 'maar' neef en nicht waren'.

    BeantwoordenVerwijderen